Vitale punten
Het is niet nodig om hard te slaan, wel om juist te slaan. Dat is het hele “punt” wanneer we een lichaam aanvallen. Het is mogelijk om keihard te slaan op een niet-vitaal punt en daar geen resultaat van te krijgen. Anderzijds kunnen we met de juiste techniek zonder veel kracht zeer veel resultaat behalen, eender hoe sterk de tegenstander is!
Het is niet de bedoeling om ALLE vitale punten hier op te sommen. We beperken ons enkel tot de punten die practisch zijn in een zelfverdediging scenario.
Waar moeten we rekening mee houden?
Een man die een vrouw aanvalt is bijna altijd fysiek in het voordeel. Het heeft geen zin om met je vuisten op zijn lichaam te beuken, daar word je enkel moe van. Dus moeten we zoeken hoe we met zo weinig mogelijk kracht veel resultaat boeken. We zoeken naar zones die niet (of nauwelijks) door spieren of skelet beschermd worden.
Als je hard genoeg slaat is elk punt een vitaal punt. Sla bv met een hamer op iemand zijn hoofd en je weet wat er gebeurt. Anderzijds zijn vitale punten eigenlijk punten waar we maximaal pijn kunnen veroorzaken, ook zonder veel kracht. Eigenlijk is een vitaal punt geen “punt” maar een “zone”, met een locaal maximum. (Deze zin is enkel om te laten horen dat ik gestudeerd heb :-p)
Bij de studie van de vitale punten zal het opvallen dat de buitenkant van het lichaam vrij goed beschermd is, terwijl de binnenkant veel minder beschermd is. Bv de binnenkant van de benen bevat heel wat mogelijkheden om pijn te veroorzaken!
Het is goed om te weten welke punten we kunnen aanvallen, maar natuurlijk met daar ook het juiste (natuurlijk) wapen tegenover staan.
Door het lichaam in te delen in 3 grote zones is het gemakkelijker om over de vitale punten te praten. Het is duidelijk dat het hoofd een aantal vitale onderdelen bevat die we graag zullen bewerken.
Hoge zone
Dit is het hoofd. We zullen dit meestal bewerken met handtechnieken.
Het hoofd bevat de hersenen, en is dus door de natuur zeer goed beschermd door een harde schedel. Dit betekent dat al je het hoofd aanvalt met je vuist, het zeer waarschijnlijk is dat je je hand bezeert op de schedel. Daarom wordt het hoofd best aangevallen met open hand technieken (hard doel – zacht wapen).
Neus. Wanneer we hier recht op slaan beginnen de ogen van de aanvaller op zijn minst te tranen. En een aanvaller die niets meer ziet is niet veel meer waard. Als we erin slagen om harder te slaan hebben we kans om de aanvaller bewusteloos te slaan. We kunnen ook langs de zijkant op de neus slaan. Hiermee breken we de neus gemakkelijk.
De onderkant van de neus is ook zeer gevoelig. We kunnen dit gebruiken om het hoofd van de aanvaller naar achter te laten bewegen en hem zo op de grond te werpen.
Ogen.De ogen zijn zeer belangrijk voor ons lichaam, dus worden ze ook goed beschermd door de oogkas. Daarom worden de ogen best aangevallen met een zweepslag met alle vingers tegelijk. Probeer niet om in de ogen te steken. Het doel is veel te klein, en als je mist breek je misschien je vingers en heb je geen kans meer om je verder te verdedigen.
Gelukkig is er bijna geen kracht nodig om de ogen aan te vallen.
Slaap. Gelegen aan de zijkant van het hoofd. Wanneer deze goed geraakt wordt kan de aanvaller bewusteloos geraken.
Oren. Waaneer we met de platte hand op de oren slaan, veroorzaken we daar een zeer grote druk. Deze heeft tot gevolg dat de trommelvlies scheurt. Dit is een zeer pijnlijke zaak. Een tweede gevolg is meestal dat ook het evenwichtsorgaan, dat zich in de oren bevindt, beschadigd wordt. Hierdoor krijgt de aanvaller evenwichtsstoornissen en valt hij.
Midden zone
Dit is alles vanaf de nek tot aan de gordel. Sterkere tegenstanders zullen we hier moeilijk hard kunnen raken, maar er zijn toch enkele mogelijkheden. Deze zone wordt ook meestal bewerkt met handtechnieken, maar bv kniestoten kunnen hier ook zeer efficient zijn.
De midden zone is goed beschermd door spieren, dus vereist het meer kracht om hier aan te vallen. Die kracht kan gegenereerd worden door de keuze van het natuurlijke wapen (bv ellebook / knie). Verder zijn er gelukkig toch enkele punten die geen kracht vereisen.
Slikker. Wanneer deze juist geraakt wordt zal de aanvaller problemen krijgen om te ademen en dus niet verder kunnen aanvallen.
Solar plexus. Dit is een zenuwknooppunt juist onder de ribben boog. Wanneer dit punt juist geraakt wordt, worden de zenuwen die daarsamen komen overgestimuleerd. Resultaat is dat de aanvaller ineenkrimpt zonder adem. Deze plaats kan dodelijk zijn. Nadeel is wel dat je er zeer juist op moet zitten, en met voldoende kracht. Meestal heeft de aanvaller ook kleren aan die het effekt van je slag teniet doen. Dus : zeer effektief, maar zeer moeilijk te bereiken.
Wanneer de aanvaller achter je staat kan de plexus wel goed geraakt worden met de punt van de elleboog (zie natuurlijke wapens).
Lever, milt. Dit zijn vitale punten bij een niet getraind persoon. Bij een getraind persoon liggen deze organen achter de buikspieren.
Lage zone
Dit is alles onder de gordel. Deze zone wordt bewerkt met beentechnieken.
De lage zone is goed beschermd door spieren, dus ook hier is meer kracht vereist. We kunnen de beenspieren beschouwen als een groot pantser voor de benen. Maar gelukkig heeft de natuur enkele plaatsen vergeten te verdedigen…
Geslachtsorganen. Het vereist bijna geen kracht om hier veel effect te hebben. Daarom zijn ze voor ons ook doel nummer 1 om te raken. Meestal is deze zone ook vrij goed bereikbaar.
Schenen. Deze plaats wordt dikwijls onderschat. Wanneer we met de tip van de voet de schenen raken zal de aanvaller op zijn minst even een hevige pijn voelen. Dit geeft ons de kans om ons te bevrijden en gaan te lopen.
Bovenkant voet. Deze bevat een hoop kleine beentjes, en als we hard genoeg trappen zullen we er allicht wel eentje breken. Vooral prettig met naaldhakken. Kijk wel eerst waar je gaat trappen, anders trap je er misschien naast. Vergeet niet dat je waarschijnlijk geen 2de kans krijgt!
Binnenkant been / scheenbeen.Dit kan bereikt worden door een trap met de wreef of de bal van de voet. Bijna de hele binnenkant is pijnlijk, ook bij sterkere personen.